Jezelf in de etalage: Ben je wat je voor elkaar hebt gekregen?

Ik heb een universitaire studie afgerond. De titel die daarbij hoort is doctorandus. Voor mijn naam mag ik drs. zetten. Ik zie het staan op officiële post en wanneer ik op de Hanzehogeschool inlog om mijn werk als docent te doen. Ben ik dat? Zijn mensen wat ze voor elkaar hebben gekregen? Zijn mensen waarvoor ze beloond zijn door anderen? Om meteen maar antwoord te geven; ja èn nee. Hoe dat zit? Daarvoor moeten we eerst de vraag beantwoorden: wie ben ik? En dat is me nogal een vraag. Er zijn mensen die over het beantwoorden van deze vraag hun hele leven doen en er zijn mensen die het antwoord hun hele leven niet zullen vinden.

Michael A. Singer legt het mooi uit in zijn spirituele bestseller “The unethered soul”, in het Nederlands vertaald als “Geluk zonder voorwaarden” . Hij neemt de lezer mee in een aantal vragen. Als ik ze toepas op mijzelf komt ik op het volgende uit. Wie ben ik? Ik ben Christian Jongedijk. Dus je bent een verzameling letters op papier of scherm? Nee, mijn naam is Christian Jongedijk en ik ben 43 jaar en ik woon in een klein dorpje in Drenthe genaamd Garminge. Ben je altijd zo oud geweest en heb je daar altijd gewoond? Nee, mijn naam is Christian Jongedijk, ik ben geboren op 29 april 1976 in Oosterwolde en heb daar het VWO gedaan. Na de middelbare school ben ik logopedie gaan studeren in Groningen en aansluitend heb ik Taalwetenschappen gestudeerd met als afstudeerrichting neurolinguïstiek/afasiologie. Ik heb bijna 15 jaar in de volwassenenrevalidatie en in ziekenhuizen gewerkt en nu werk ik als docent op de Hanzehogeschool bij de opleiding logopedie. Ik woon samen met mijn vriend in een klein Drents dorpje. Dus, je bent een verzameling van gebeurtenissen? Eh… Nee dat is het ook niet, want al had ik al die dingen niet gedaan of behaald, dan was “ik” er nog steeds. Toch? De vraag blijft dus: wie ben ik? Singer omschrijft het vervolgens zoals vele stromingen met hem dat “ik” de observeerder van dit alles is. Ik ben weliswaar degene die dit allemaal heeft meegemaakt, maar al waren de gebeurtenissen anders verlopen dan bestond “ik” nog steeds. Ik kán dus niet anders dan de observeerder zijn.

Nu weer terug naar mijn eerste vraag: is iemand wat hij of zij voor elkaar heeft gekregen? Volgens bovenstaande redenering dus niet. Toch zou je ook een “ja” kunnen krijgen als je het op de volgende manier ziet. Is iemand die schilderijen zou willen maken een schilder? Of is iemand die gezond zou willen eten, maar elke dag fastfood eet een gezond persoon? Het antwoord is hier overduidelijk “nee”. Willen/wensen en doen maakt hier het grote verschil. Voor mij is het antwoord op de vraag of je bent wat je doet daarom zowel ja als nee.

Ik zie mijn titel staan op mijn scherm en ik denk: dat ben ik..of toch niet. Nee, ik ben niet mijn titel. Ik ben niet mijn successen of mijn falen. Ik ben iemand die dingen heeft meegemaakt en ervaren. Ik ben iemand die vroeger de les van de gebeurtenis vergat, maar steeds meer de lessen van deze gebeurtenissen meeneemt. Daardoor groei ik. Daardoor ontwikkel ik me. Daardoor kan mijn “ik” de persoon observeren die ik nu ben en kan ik het leven observeren dat ik nu heb.

Je bent niet je gedachten, je hebt gedachten.
Je bent niet je emoties, je hebt emoties.
Je bent niet je lichaam, je hebt een lichaam.
Je bent niet je ziekte/aandoening, je hebt een ziekte/aandoening.
Je bent niet je successen of falen, je hebt successen of je faalt.

En wanneer je faalt, dan maakt je ziel een sprongetje van geluk. Het staat namelijk op het punt om iets te leren. Het staat op het punt om zich te ontwikkelen.

Denk hier eens aan als je jezelf op een verjaardag aan een vreemde hoort vertellen wat voor werk je doet en welke opleiding je hebt genoten. Je bent veel meer dan je behaalde successen of je falen. Het gaat er volgens mij om wat je ermee doet. Wat doe jij met je leven?

 

Geplaatst in .

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *